Curaçao
Zittend ‘riba stupi’, in de deuropening van mijn ouderlijke woning, de honden lopen rond in de tuin en ik zit te wachten tot de zon helemaal onder gaat. Het is bijna 6 uur ’s middags en rond die tijd begint het al aardig te schemeren. De vogels zoeken een rustplek op en het geluid van langs rijdend verkeer wordt iets minder. Van waar ik hier zit kan ik de zonsondergang niet heel goed zien. Ik sta op en loop op mijn blote voeten naar buiten, ik voel de steentjes en de aarde onder mijn voetzolen. Ik loop tot de rand van de berg en kijk in de verte. De zon is bijna onder, ik voel de bries van Noordoostpassaat. In de verte zie ik nog alleen een klein stukje van de zon en de weerspiegeling in de zee. De lucht kleurt rood, oranje gecombineerd met licht helderblauw en donkerblauw.
Op zo’n moment als deze, ben ik helemaal alleen met mezelf, verzonken in eigen gedachten, starend naar de zon en luisterend naar alles wat om me heen gebeurt. Ik voel de rust in mezelf. De buurman heeft opeens zin om harde muziek op te zetten en ergens in de verte hoor ik mijn moeder mij roepen. “Siiiii mi ta biiiin!” Ik kijk naar het laatste stukje van de zon dat in de zee verdwijnt. Morgen is het een nieuwe dag. Ik draai me om en ren op mijn blote voeten terug naar huis, de hond van de buurman schrikt hiervan en begint hard te blaffen, de muziek nog steeds keihard aan, onze honden blaffen nu ook, ik hoor mijn broer naar de honden schreeuwen en mijn zusje staat in de hoek van het huis te spelen met haar poppen: de bezem en de dweil… en toch voel ik de rust, de innerlijke rust… Atardi, Korsow ta bunita
Curaçao, het eiland waar ik geboren ben en tot mijn 18de heb gewoond. Het heeft iets speciaals en bijzonders als je daar bent opgegroeid. Dat realiseer je je op dat moment niet, totdat je het eiland verlaat en alles in je lichaam naar het thuis gevoel verlangt. Je probeert het aan anderen uit te leggen hoe het voelt, maar die ervaring is vrij uniek en iets wat je heel moeilijk in woorden kan beschrijven.
Curaçao blijft indruk op me maken, het is wie ik was en wie ik ben. Mijn beste vrienden heb ik bijna allemaal leren kennen uit die tijd op mijn middelbare school, Maria Immaculata Lyceum. Nu jaren later hebben ze nog steeds een plek in mijn leven en in mijn hart.
Ik probeer om het jaar met mijn kinderen naar Curaçao te gaan. Dan blijven we bij mijn zusje logeren en maken de kinderen het Curaçaose leven mee, Papiaments praten is daar ook onderdeel van.
“Het vliegtuig is geland, de deuren van de aankomsthal gaan open: Mijn kinderen kijken me aan: mam, we zijn weer thuis!"
Ta Yu di Korsow mi ta: een eilandskind.